Alles wat je moet weten over het PI-dictee
In dit artikel gaan we dieper in op het PI-dictee: hoe de toets wordt gebruikt, welke voordelen de toets biedt, waar je op moet letten en waarom je de oude versie van het PI dictee niet meer kunt gebruiken.
Eén toets, meerdere toepassingen
Op veel Nederlandse scholen is er wel een PI- dictee te vinden. De meestgebruikte spellingtoets van Nederland wordt op verschillende manieren ingezet. Zo kan je het gebruiken bij het bepalen van het niveau van een nieuwe leerling, of diagnostisch om inzicht te krijgen in spellingsproblemen bij een leerling. Veel scholen kiezen er ook voor om een of twee keer per jaar alle leerlingen te toetsen als start- en/ of tussenmeting naast de reguliere volgtoetsen. Op deze manier volg je structureel en vanaf de eerste leerjaren de ontwikkeling op de basisvaardigheden spellen en automatiseren.
Meet nauwkeurig het spellingniveau van een leerling
Het PI-dictee is een spellingtoets waarmee de vaardigheid in het correct schrijven van losse woorden aan de hand van klassieke dictees kan worden onderzocht. De woorden zijn gegroepeerd in 9 blokken van elk 15 woorden. De blokken zijn oplopend genummerd, waarbij de nummers van de blokken (5, 10, 15 enzovoorts) corresponderen met de didactische leeftijd waarop verwacht wordt dat de betreffende woorden en de daarin voorkomende spellingcategorieën door de gemiddelde leerling beheerst worden.
Het totale dictee van 9 blokken bevat 135 woorden. In deze woorden zijn vrijwel alle belangrijke spellingcategorieën verwerkt die op de basisschool worden geleerd, waaronder de open klankgroep (bijvoorbeeld boten) of woorden met toonloze /e/ (zoals behang). Maar ook niet-klankzuivere categorieën zoals woorden met -aai, -ooi, -oei (kraai) en woorden met -sch (zoals schepen).
Met het PI-dictee kun je dan ook heel nauwkeurig aangeven welk spellingniveau de leerling beheerst.
Het PI-dictee door de jaren heen
Sinds Chris Struiksma in 1979 de opzet van het PI-dictee bedacht en een eerste versie ontwikkelde en Jan Geelhoed en Pieter Reitsma het dictee in 1999 verder ontwikkelden wordt het dictee door veel scholen, instellingen en praktijken gebruikt.
Maar in al die jaren is er op het gebied van het spellingonderwijs natuurlijk het nodige veranderd; spellingmethodes zijn veranderd en de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen zijn in 2010 ingevoerd. Daarnaast komen leerlingen met andere woorden in aanraking dan in 1999. Er zijn woorden verdwenen en leerlingen lezen steeds minder en op andere manieren.
Verbeteringen in het PI-dictee
Je kunt voorstellen dat een toets dus met enige regelmaat aangepast en vernieuwd moet worden. Zowel qua inhoud als qua normering, immers het oude PI dateert uit 1999... De meest recente versie van het PI-dictee is bij Boom verschenen. De toets is toen op een aantal vlakken aangepast:
- De toets is inhoudelijk waar nodig gemoderniseerd. Doelwoorden, zoals dubbeltje en radio’s zijn verwijderd en ouderwets geformuleerde zinnen zoals dat is een heel braaf jongetje zijn aangepast.
- De toets is opnieuw genormeerd: er is uitgebreid onderzoek gedaan naar de betrouwbaarheid en validiteit én er zijn nieuwe normgegevens verzameld voor een nieuwe up-to-date normering.
- Waar je voorheen na afname de dictees handmatig moest scoren, omzetten in normscores en vervolgens handmatig de foutenanalyse moest uitwerken, is dat nu verleden tijd. Het PI-dictee is opgenomen in het Boom testcentrum. Hier voer je de ruwe scores (aantal goed gespelde woorden) in en het Boom testcentrum berekent automatisch de normscores. Je kunt daar ook de verdiepende foutenanalyse maken. De scoren van verschillende afnames kunnen met elkaar en met de groepsscores vergeleken worden.
- Het PI-dictee biedt naast percentielscore, DLE en niveaus A-E nu ook een niveau I-V, vaardigheidsscore, T-score én (vanaf groep 6) het behaalde referentieniveau.
Vanaf schooljaar 2024- 2025 is het niet meer mogelijk om het oude PI- dictee (versie 1999) in Parnassys in de voeren.
Normscores en de verdiepende foutenanalyse
Een toets afnemen is één, maar uiteindelijk gaat het er natuurlijk om wat je met het resultaat kunt en doet: de rapportage en de analyse. Deze geven je de handvatten die je nodig hebt om je spellingonderwijs verder aan te scherpen. Om zicht te krijgen op het resultaat moet de ruwe score (het aantal goed gespelde woorden) eerst worden omgezet in een normscore. Dit doe je in het online Boom testcentrum.
3 typen rapporten
Je kunt drie typen rapporten opvragen:
- Individueel rapport (van één afzonderlijke afname van een leerling),
- Individueel overzicht (van meerdere afnames van een leerling over een bepaalde periode)
- Groepsrapport.
Voor de kwalitatieve analyse van de spellingvaardigheid voer je na het normeren ook in welke fouten de leerlingen gemaakt heeft. Dat klinkt misschien als een hele klus, maar dat valt mee. De meest gemaakte varianten staan namelijk standaard als keuzeoptie in beeld, gesorteerd op de frequentie waarin ze in de praktijk voorkomen. Deze hoef je dan alleen maar aan te klikken. Maakt de leerling een andere, niet voorgeprogrammeerde fout, dan kun je dit ook aangeven.
Analyse PI-dictee
De analyse die er vervolgens automatisch uitrolt, bevat een analyse van het type spelfouten dat de leerling gemaakt en presenteert overzichtelijk het aantal fouten per fouten- en per spellingcategorie. Deze verdiepende analyse kun je zowel op individueel als op groepsniveau maken. Met de analyse in de hand kun je je spellingonderwijs nog beter op de individuele leerling of op de groep aanpassen.
Controledictees
Wil je nog verder inzoomen, dan kun je een van de bekende controledictees van het PI-dictee inzetten. Hiermee kun je onderzoeken hoe woordspecifiek de fouten zijn, of de leerling weet wanneer de categorie wel of niet aan de orde is en hoe wendbaar de spellingvaardigheid van de leerling is. Zo geeft het PI-dictee je alle handvatten die je nodig hebt om leerlingen te volgen, je spellingonderwijs waar nodig aan te passen óf een leerling door te verwijzen voor verder onderzoek, want ook daarvoor is het PI-dictee goedgekeurd.